Grinding en grooving
De reparatietechniek grinding en grooving (‘slijpen met zaagbladen’) is geschikt voor het aanpakken van een groot aantal schades die te maken hebben met gebreken aan de textuur of vlakheid van het wegoppervlak. Het verschil tussen grinding en grooving is ten eerste de richting waarin het wordt uitgevoerd. In het algemeen vindt grinding in de lengterichting van de verharding plaats en grooving in de dwarsrichting. Daarnaast wordt grinding toegepast voor vlakheids- en geluidsverbetering en grooving voor het afvoeren van water (aquaplaning). Te denken valt hierbij aan:
- aantasting van de textuur op langere termijn onder invloed van weer en verkeer;
- aantasting van de textuur geïnitieerd door de gekozen cementsoort;
- slechte textuur door een gebrekkige nabehandeling van het verse beton;
- slechte textuur door te vroeg strooien van dooizout;
- slechte stroefheid van het wegdek;
- dwarsonvlakheid en/of oneffenheden;
- slechte waterafvoer door verkeerde verkanting of dwarshelling.
Bij grinding binnen de bebouwde omgeving moet rekening worden gehouden met eventuele geluidsoverlast tijdens de uitvoering.