II Voorbeelden met uitvoeringsdetails
Op zich is ieder werk uniek en kan er niet worden gesproken van uniforme, standaarddetails. Om toch een aantal praktische handreikingen te doen, zijn in deze bijlage verschillende voorbeelden met constructiedetails opgenomen. De constructiedetails zijn ontleend aan:$doorgaand gewapend betonnen rotonde aan de Noordelijke randweg van Rijksweg 50;$rotonde in doorgaand gewapend beton Drie Hoefijzers in de provincie Noord-Brabant.
De voorbeelden betreffen toepassingen in doorgaand gewapend beton. Het verschil met oplossingen in ongewapend beton zit met name in het voegenplan. De genoemde betondikten gelden voor de genoemde specifieke situaties. Andere uitgangspunten kunnen tot andere dikten leiden.
Rotonde Linne (Rijkswaterstaat)
Bij de realisatie van Rijksweg 73 wegvak Maasbracht – Zaarderheijken is voor de aansluiting met het onderliggende wegennet gebruik gemaakt van rotondes in doorgaand gewapend beton. Bij de aansluiting bij Linne heeft Rijkswaterstaat Directie Limburg in 2008 een aansluiting met een rotonde in doorgaand gewapend beton aangelegd.
De rijbaanverharding van de rotonde bestaat uit een 250 mm dikke plaat. Het beton is aangebracht op een laag van 60 mm gab 0/32 vk3 en een 250 mm dikke fundering van menggranulaat 0/49. De aansluitende verhardingen zijn uitgevoerd als gewapende verloopplaten en zijn gescheiden door verdeuvelde uitzetvoegen.
In figuur 22 is de situatie met wapeningstekening en voegdetails gegeven. De dwarswapening bedraagt Ø 12- 700 inwendig (Ø 12-800 uitwendig) en de langswapening Ø 16-120. Bij deze rotonde heeft de dwarswapening geen scheurverdelende functie. Ook de overrijdbare strook is als doorgaand gewapend beton met dwarswapening Ø 12-700 en langswapening Ø 16-120 uitgevoerd. Ter plaatse van de aansluiting op de overgangsconstructie is op de rotonde een extra onder- en bovenkruisnet Ø 12-150 aangebracht (zie figuur 23). Tussen de verschillende verhardingen en platen zijn uitzetvoegen aangebracht.
In de figuren 24 tot en met 28 zijn diverse doorsneden en de details 1 tot en met 5 uit figuur 22 opgenomen.
Rotonde Drie Hoefijzers
De rotonde Drie Hoefijzers in de weg Breda-Zevenbergen betreft een rotonde in doorgaand gewapend beton met aansluitende wegen in ongewapend beton (Zevenbergen-Breda) en in asfalt (Terheijden-Zevenbergschenhoek).
De doorgaand gewapende rijbaan van de rotonde, het overrijdbare gedeelte en de aansluitende ongewapende betonverhardingen zijn 250 mm dik en zijn uitgevoerd in de betonsterkteklasse C35/45. De doorgaande gewapende betonverharding is aangebracht op een bitumineuze tussenlaag van 50 mm dicht asfalt op een 200 mm dikke fundering van menggranulaat. Vanwege de duurzaamheid is voor steenslagbeton gekozen en voor een massieve ter plaatse gestorte rotondeband 320/400x500x2530. De rotondeband is als eerste op de fundering aangebracht, waarna de RWS-banden van de binnen- en buitenstraal zijn gesteld op een rug van schraal beton. Langs de RWS-band op de hoofdrijbaan is een streklaag van betonstraatstenen (bss) aangebracht, waar de trilbalk of rolling finisher kan lopen. Voor het aanbrengen van printbeton is de bak tussen RWS-binnenband en de rotondeband op hoogte afgewerkt met funderingsmateriaal. Hierna is het printbeton aangebracht. De voegen zijn binnen 24 uur zijn gezaagd. Nadat de doorgaande wapening is aangebracht, is de betonnen rijbaan gestort en zijn de aansluitingen gemaakt.
In figuur 29 is een overzicht van de rotonde met de oplossingen voor de verschillende banden en de belijning opgenomen. De details A tot en met F uit figuur 30 zijn uitgewerkt in figuur 32 tot en met 37.
Bij de aansluiting met de bestaande betonverharding is een stempelconstructie van circa 4,70 m lange ongewapend betonplaten gemaakt. Deze stempel met ankerplaten onder de overrijdbare strook voorkomt dat de rotonde bij uitzetten van de aansluitende betonweg wordt opgedrukt. Bij de aansluitende asfaltverharding is geen afstempeling nodig. In verband met het onderhoud aan de aansluitende verharding is gekozen voor een aansluiting in ongewapende cementbetonplaten. De aansluiting op de rotonde is uitgevoerd als uitzetvoeg met deuvels Ø 25 mm en een lengte van 500 mm. De uitzetvoegen zijn ook aangebracht in de druppels en op de kwarten van de overrijdbare strook. Deze strook is uitgevoerd in ongewapend beton dat is voorzien van een printmotief in blokverband. In figuur 30 is het voegenplan met de verdeuveling en afstempeling opgenomen. De afstempeling is noodzakelijk omdat in het verlengde van de stempels een betonweg loopt. Bij uitzetten van de betonweg kan zonder de afstempeling schade optreden.
In figuur 31 is de wapeningstekening gegeven. De dwarswapening bestaat uit staven Ø 12-300; de langswapening bestaat uit staven Ø 16-125 (B500B). Ter plaatse van de op- en afrit op de rotonde en langs het rotondeblok wordt vaak meer wapening toegepast. Dat kan bijvoorbeeld door extra wapening in de tangentzone van de rotonde bij te leggen, in dit voorbeeld Ø 16-125. De langswapening aan de rand van de verharding is over een zone van 0,5 m zwaarder uitgevoerd; Ø 16-62,5 in plaats van Ø 16-125.
Vanaf 2011 past de provincie Noord-Brabant voor de langswapening staven Ø 20-180 toe. Op de eerste 0,5 m als bijlegwapening Ø 20-90 toegepast. Deze principes zijn ook aangegeven in figuren 33, 34 en 35.